Draagbalken: de wervelkolom
Omdat hij ons hoofd en onze romp ondersteunt, is de wervelkolom een van de belangrijkste onderdelen van ons skelet. De wervelkolom telt 31 tot 34 wervels:
- 7 halswervels
- 12 borstwervels
- 5 lendenwervels
- 5 heiligbeenwervels ter hoogte van de onderrug
- 4 of 5 staartbeenwervels
Deze belangrijke draagbalk van het menselijk lichaam is S-vormig. Dat zie je goed langs het zijaanzicht van de lichaamsas. De specifieke vorm zorgt ervoor dat het zwaartepunt van het bovenlichaam precies boven het bekken en de daaraan verbonden benen komt te liggen. Het voorkomt dus dat je voorover of achterover dreigt te vallen.
De wervelkolom heeft gemiddeld 32 wervels. Tussen de wervels zitten tussenwervelschijven, een soort
schokdempers van kraakbeen: een wit, hard, elastisch weefsel. Deze bijzondere schijven vangen dus
schokken op als we tillen, buigen en lopen. Kraakbeen komt niet enkel tussen de ruggenwervels voor,
het bevindt zich aan de uiteinden van alle beenderen. Het bedekt de gewrichtsvlakken, verbindt
sommige beenderen, vervangt soms het been of vult het aan.
Rugklachten?
De wervels worden op hun plaats gehouden door spieren. Met heel stevige pezen zitten deze spieren
vast aan de wervels. Door je buik- en rugspieren aan te spannen en mooi rechtop te lopen zorg je
ervoor dat je wervelkolom mooi recht groeit. Wanneer de wervelkolom zijwaarts kromgroeit, spreken
we van scoliose. Heeft de wervelkolom een dubbele s-vorm, is er sprake van kyfose of lordose. Bij
kyfose kromt de wervelkolom naar achteren (bochel). Bij een wervelkolom met lordose is de kolom
meer naar voren gekromd dan gebruikelijk - vooral in het gebied onmiddellijk boven de billen. Het
wordt ook wel een holle rug genoemd.